Logo Elzo Smid Ontwerp

Typoblog

de gereedschapskist van de vormgever

Goede typografie (de vormgeving van tekst) is zoiets als een goede gezondheid. Je merkt pas hoe belangrijk het is op het moment dat er iets fout gaat.
Typografie heeft immers vaak de functie om onopgemerkt te blijven. Daardoor is het gemakkelijk om het belang te onderschatten van de ontelbare onzichtbare typografische beslissingen die zorgen dat je rustig kan lezen. Juist in een wereld waarin we minder tijd hebben en meer informatie moeten verwerken is goede vormgeving belangrijk.
Daarom wil ik in een aantal berichten laten zien hoe de typografische gereedschapskist van invloed is op het uiterlijk van een tekst en dus op het verhaal dat je kwijt wilt.

Volg deze berichten nog makkelijker op
LinkedIn of Facebook.


TYPOBLOG [1] hoofdletters en kleine letters
De eenvoudigste typografische keuze maken we allemaal, die tussen hoofdletters (kapitalen) en kleine letters (onderkast). Op een ouderwetse typmachine en in online berichten zijn hoofdletters een manier om nadruk te leggen, maar in drukwerk hebben we daarvoor meer en betere mogelijkheden.
Tekst volledig in hoofdletters lijkt strakker, maar is ook strenger en schreeuwerig. Bovendien neemt het meer ruimte in en is het moeilijker leesbaar dan kleine letters.

typoblog typografie leesbaarheid kapitalen hoofdletters onderkast kleine letters

TYPOBLOG [2] tabelcijfers en uithangende cijfers
Wie de vorige afbeelding goed bekeek, heeft het al gezien: een goed lettertype (font) heeft minstens twee sets cijfers.
- Tabelcijfers hebben vrijwel dezelfde hoogte als hoofdletters en nemen allemaal even veel ruimte in in de breedte, waardoor ze in tabellen altijd mooi onderelkaar komen te staan.
- Uithangende cijfers gedragen zich meer als kleine letters en zijn vooral geschikt in lopende tekst.
In tekst met veel getallen of jaartallen is dit goed te zien.

Er zijn veel lettertypes met alléén maar tabelcijfers. Deze stammen vaak uit de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw, toen de (computer)ruimte voor letters zo kostbaar was, dat 10 cijfers minder al een besparing betekende.
Maar gebruik van tabelcijfers in lopende tekst creëert een onrustig beeld, omdat onnodig witruimte tussen de regels wordt weggenomen. Het paginabeeld dat zo ontstaat wordt ook wel ‘krentenbrood’ genoemd.
Een goede vormgever kiest zijn letters dus ook op basis van de cijfers.

typoblog tabelcijfers uithangende cijfers typografie

TYPOBLOG [3] vet of cursief
Twee van de eenvoudigste manieren om een verschil aan te geven in tekst zijn vet (bold) en cursief (italic). Deze twee ingrepen lijken uitwisselbaar, maar zijn dat meestal niet.

- Vet valt meteen op en heeft dus vooral een functie vóórdat we gaan lezen (ook wel: globaal) en helpt ons de structuur van de tekst te begrijpen. Vette tekst met dezelfde lettergrootte wordt vaak gebruikt voor tussenkopjes.
- Cursief herkennen we vooral gedúrende het lezen (oftewel: lokaal) en helpt de inhoud van de tekst beter te begrijpen. Het gebruik van cursief ligt bijvoorbeeld voor de hand als er nadruk gelegd moet worden, voor namen en voor buitenlandse woorden.

Het is trouwens heel goed mogelijk om voor subkopjes cursief te gebruiken. Bijvoorbeeld in een tekst met een complexe koppenstructuur.
Zo kan ook vet in lopende tekst gebruikt worden, bijvoorbeeld voor de kenwoorden in een encyclopedische tekst of in een studieboek.

typografie vet en cursief, bold en italic


TYPOBLOG [4] echt en vals kleinkapitaal
Kleinkapitalen zijn een apart ontworpen set karakters die er uitzien als hoofdletters, maar die de hoogte hebben van kleine letters zonder staarten en stokken (de zogenaamde x-hoogte).
Kleinkapitalen zijn een elegante aanvulling in de gereedschapskist van de typografische vormgever, maar lang niet elk lettertype beschikt er ook over.
Kleinkapitalen kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden om woorden te benadrukken, voor namen of buitenlandse woorden. Dit is vergelijkbaar met cursief (zie mijn vorige bericht), maar kleinkapitalen zijn ook geschikt om bepaalde delen tekst, zoals bijvoorbeeld lopende kopregels of paragraafkopjes, te onderscheiden van de hoofdtekst.

Veel teksverwerkingssoftware biedt de mogelijkheid om kleinkapitalen te simuleren door simpelweg de kapitalen te verkleinen, maar dit is lelijk. De verhoudingen in de letters kloppen dan niet en het beeld wordt te ‘licht’ doordat alle delen van de letter verkleind worden.

Een goede vormgever die de mogelijkheden van kleinkapitaal wil gebruiken zal daar dus rekening mee houden bij de keuze voor een lettertype.

typografie vormgeving ontwerp kleinkapitalen


TYPOBLOG [5] subscript en superscript
“Slechte sub- en superscripts kosten levens.”

Tekstverwerkingsprogramma’s hebben niet alleen een optie voor een vals kleinkapitaal (zie eerder bericht), maar ook voor subscript en superscript.
Subscript kennen we van scheikundige notaties voor moleculen (H2O, CO2) en indices in de wiskunde.
Superscript kennen we de macht in wiskundige formules (in het dagelijks gebruik bijvoorbeeld inhoud en oppervlaktes) en diverse scheikundige notaties. Het wordt ook gebruikt in het geval van voetnoten en verwijzingen in een tekst.

De optie om sub- of superscript te maken, is in tekstverwerkingsprogramma’s vaak erg slordig, maar zelfs in professionele opmaakprogramma’s is de standaardinstelling alles behalve ideaal. Zie bijgaande afbeelding.
Wanneer je een tekst publiceert waar het veel in voorkomt, dan is het zaak een vormgever in de arm te nemen die dit beheerst.

Om nog even terug te komen op de provocerende eerste regel van dit stukje: De overdracht van informatie middels Powerpoint-slides met een verkeerde weergave van sub- en superscript, was een van de oorzaken van de ramp met de space shuttle Columbia in januari 2003.

typografie subscript superscript


TYPOBLOG [6] echt en vals cursief
Zoals er echte en valse kleinkapitalen bestaan, zo bestaat er ook echt en vals cursief. Alleen is dit geen softwarematige ingreep, maar een eigenschap van een letterontwerp. Elk lettertype heeft dus een echt cursief of een vals cursief (oblique).

Bij cursief (‘italic’) denken we meestal aan een letter die schuin staat, maar het echte verschil zit hem in de lettervorm. Een cursief ziet er meer uit als een geschreven letter en minder als een drukletter. Dat is het makkelijkst te zien aan de ‘a’ en de ‘g’. De cursieve ‘a’ heeft één verdieping in plaats van twee. De ‘g’ heeft twee verdiepingen in plaats van drie.

De letters met een vals cursief zijn ontworpen in de jaren ’50 - ’60 van de vorige eeuw, ten tijde van het fotozetsel. Voor de cursief werd het zelfde negatief gebruikt als voor de rechte letter (romein), alleen werd deze schuin belicht. Het klinkt als een noodoplossing, maar zo bespaarde men een dure extra matrijs. Tegenwoordig speelt dat niet meer, computerruimte is goedkoop, en moderne letterontwerpen hebben een echt cursief en soms nog veel meer extra tekens.

De meeste lezers zien gelukkig het verschil niet, maar persoonlijk vind ik dat een goed verzorgde uitgave een lettertype gebruikt met een echt cursief.

typografie cursief italic oblique


TYPOBLOG [7] rivieren of fietspaadjes
Rivieren in tekst ontstaan wanneer witruimtes min of meer bovenelkaar staan. Dit schept een witte vorm zonder functie en dus ongewenst. We lezen immers horizontaal, dus verticale vormen in tekst zijn hinderlijk, tenzij het tabellen betreft.

• We kennen rivieren, ook wel eens fietspaadjes genoemd, uit krantenkolommen. Daar zijn ze het gevolg van een smalle kolom, uitgevulde tekst en te weinig tijd om alles te corrigeren.
• In boeken, brochures en ander drukwerk dat langer meegaat (en dus meer voorbereiding verdient) moet het vermeden worden en daar zijn voldoende typografische middelen voor.
• Een rivier in een logo (ik kom het soms tegen) is helemaal uit den boze.

typografie rivieren fietspaadjes wit krantentekst krantenkolom


TYPOBLOG [8] punten in afkortingen
In het Nederlands kennen wij twee soorten afkortingen.
- het woord wordt ingekort en de verdwenen letters worden vervangen door een punt (jan. febr. mrt.)
- we nemen de beginletters van meerdere woorden, eventueel gevolgd door een punt (KLM, z.s.m.).
Bij die laatste soort afkorting zie ik vaak dat de punten tússen de letters geplaatst worden (als een soort afscheiding), maar ze horen er achter. Dus: drie letters, dan ook drie punten.

Correcte interpunctie is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de schrijver, maar het heeft invloed op het beeld van de tekst en ook op de begrijpelijkheid. Daarmee is het iets waar ook een professionele vormgever aandacht aan besteedt.

typografie punten afkortingen interpunctie


TYPOBLOG [9] regelval en afbreken
Ik had het al over riviertjes, een probleem dat optreedt bij uitgevulde tekst in smalle kolommen. Wat is dan het alternatief? Linkslijnende tekst!
In uitgevulde tekst wordt het wit verdeeld tussen de woorden. In linkslijnende tekst zijn alle spaties even groot en is de rechter zijde van de tekst ‘rafelig’.

Maar er is een verschil in beleving tussen uitgevulde en linkslijnende tekst, zeg maar een ‘cultureel verschil’. Uitgevulde tekst oogt strakker en zakelijker, we kennen het van kranten en romans. Linkslijnende tekst kennen we van brieven en e-mails en oogt daardoor persoonlijker, vriendelijker.

De noodzaak om lange woorden af te breken is in beide gevallen even groot. Hoe minder tekens er op een regel passen, hoe vaker er afgebroken zal moeten worden. Verschillende ontwerpers denken verschillend over afbreken; sommigen laten het de software automatisch doen, anderen breken niet af op 2 of 3 letter (ver-anderend) of alleen op samengestelde woorden (veranderings-proces) en vroeger was het bijvoorbeeld gebruik om niet af te breken op ‘-lijk’ (verantwoorde-lijk).

typografie kolom uitvullen linkslijnend


TYPOBLOG [10] sierkapitalen en all-caps
Bij ‘typografie’ is de eerste associatie meestal ‘verschillende lettertypes’. Daarom ga ik dat onderwerp een beetje uit de weg. Waar ik wel aandacht aan wil besteden zijn de praktische redenen om voor het ene of het andere font te kiezen.
Zo zijn er decoratieve fonts met extra sierlijke hoofdletters (sierkapitalen).
Sinds OpenType zijn er ook fonts met meerdere sierlijke varianten voor enkele afzonderlijke letters. Dat geeft zo’n lettertype wat calligrafische eigenschappen en we zien het dus vooral bij script-fonts, fonts die lijken op mooi handschrift.

— Calligrafie en typografie verhouden zich ongeveer tot elkaar als astrologie en astronomie —

Met zulke ‘swash-fonts’ moet je voorzichtig omgaan en voor één ding zijn ze in ieder geval niet geschikt: tekst bestaande uit alleen hoofdletters.
Ik kom het wel eens tegen, zelfs op uithangborden en als tatoeages. Deze fonts gebruik je als één hoofdletter en daarna kleine letters.

typografie sierkapitalen all-caps allcaps caps kapitalen


TYPOBLOG [11] de drieregelvalregel
Tekst opmaken lijkt tegenwoordig makkelijk; met je muis een rechthoekje trekken, daar tekst in gieten, kop groter maken en niet meer naar kijken.
Toch zijn er ontelbare manieren waarop de vormgever de tekst mooier en leesbaarder kan maken nadat een tekst ‘geplaatst’ is.
Er is een oude, bijna vergeten, regel in de typografie die zegt dat als tekst uit drie regels bestaat (bijvoorbeeld in een kop), dat de middelste regel dan de langste of de kortste moet zijn.
Dit ziet er doorgaans beter uit dan het creeëren van een pyramidevorm (gecenteerd) of een trapje (linkslijnend).

Ook bij meer dan 3 regels moet voorkómen dat er vreemde vormen ontstaan, dus afwisselend langer en kortere regels is het best.

Hetzelfde geldt voor klassiek gecentreerde logo’s. Als er meerdere elementen zijn, dan is er een voorkeursvolgorde, gebaseerd op hun breedte. Natuurlijk moeten we ook naar de inhoud kijken, we willen tekst niet onlogisch afbreken, maar de esthetische regel houden we in het achterhoofd.

Tot slot zal een vormgever kijken naar de woorden aan het eind van elke regel. Daar horen bijvoorbeeld geen lidwoorden (de, het, een). En getallen en eenheden worden niet opgebroken, dus 100 km, 21.30 uur en € 25,- staan op één regel.


typografie drieregelvalregel regelval linkslijnend gecentreerd


TYPOBLOG [12] de witcanon
Bij typografie denk je snel aan ‘letters’ en misschien hoe groot een kop t.o.v. de platte tekst. Maar even belangrijk als dit ‘zwart’ is het ‘wit’ waarmee het omringd wordt.
En omdat het letterontwerp als het ware een ingrediënt is dat de vormgever aangereikt krijgt, is juist het wit iets dat hij kan beïnvloeden.
Al dat wit op een pagina moet in verhouding tot elkaar staan. Dit bepaalt de uitstraling van die pagina (bijv. modern of ouderwets, makkelijk of moeilijk leesbaar).

Gedurende de paar eeuwen dat er loden letters gebruikt werden, waren de binnenruimtes van letters niet te veranderen (denk aan de opdqb, maar ook vwnmxu).

Als we daarvan uitgaan, dan is er vervolgens een verhouding tussen die ruimtes en al het andere wit op de pagina dat wél te beïnvloeden is, te beginnen met de ruimte tússen de letters:
☛ binnen de letters < tussen de letters < tussen de woorden < tussen de regels < tussen de kolommen < rondom de tekst (witmarge).

De juiste verhoudingen zorgen voor een vormgeving van de pagina die de inhoud maximaal ondersteunt. Ondertussen staat dit los van het drukken; voor pdf's, webpagina’s of apps geldt het ook.

typografie pagina tekst kolommen wit witverdeling witcanon


TYPOBLOG [13] ligaturen
Voor typografen zijn ligaturen de krenten in de pap. Wat een ligatuur precies is staat wel op Wikipedia beschreven, maar het juiste gebruik, dat is een ander verhaal. Typografische ligaturen, zoals bijvoorbeeld ‘fi’ en ‘fl’ worden gebruikt om lelijke vormen te voorkómen. De vlag van de ‘f’ botst tegen de volgende letter of creëert juist een te grote witruimte.

Ook uitroepteken, vraagteken en ampersand (&) zijn ligaturen. Het en-teken is ontstaan uit het Latijnse woord ‘Et’. Uitroepteken en vraagteken waarschijnlijk uit resp. een ‘I’ en een ‘Q’ boven een punt.

Een typisch Nederlandse ligatuur is de ‘lange-ij’. Deze wordt in het Engels ‘dutch ligature’ genoemd. Daarin raken de ‘i’ en ‘j’ elkaar niet, maar worden toch als één karakter gezien. Dat laatste blijkt bijvoorbeeld uit dat we IJsland schrijven en niet Ijsland.

Een vormgever kan in de opmaaksoftware het gebruik van ligaturen aan en uit zetten voor afzonderlijke delen tekst. Is er dan een situatie waarin je ze niet gebruikt? Jazeker, bijvoorbeeld bij tekst die sterk aangespatieerd is (veel ruimte tussen de letters heeft). Zie het voorbeeld.

typografie ligaturen aanspatiëren blog


TYPOBLOG [15] apostrof en aanhalingsteken
Klanten hebben vaak problemen met apostrofs en aanhalingstekens. Niet in de laatste plaats omdat tekens soms incorrect vervangen worden door tekstverwerkende software, zelfs als de taal wel correct is ingesteld.
Waar een apostrof hoort te staan, zien we vaak een aanhalingsteken-openen.

De apostrof (lijkt op een 9) vervangt ontbrekende karakters en heet daarom ook wel weglatingsteken.
Aanhalingstekens zijn een ‘seintje’ dat er iets aan de hand is met de tekst. Het betreft bijvoorbeeld iemands uitspraak of een buitenlandse term of de schrijver wil de tekst relativeren, zoals ik in de vorige zin deed.

Vaak typen we het rechte eenheidsteken (’) of zelf een accent-aigu (´) wat helemaal geen leesteken is maar een accent. In een mail of app is dit geen probleem. anders is het als ze opduiken in een pdf of in drukwerk. In tekstverwerkingsprogramma’s worden deze soms correct vervangen, maar uiteindelijk komt het op het bordje van de vormgever.

typografie aanhalingsteken vervangingsteken eenheidsteken apostrof


TYPOBLOG [16] Comic Sans Dag
De eerste vrijdag van juli, is het Comic Sans Dag (volgens sommigen ‘Ban Comic Sans Dag’). De dag waarop we stilstaan bij goede en slechte typografie. Typografie is veel meer dan alleen de keuze van een lettertype, maar het font Comic Sans is symbool geworden voor twijfelachtige typografische keuzes.
Het werd in 1994 ontworpen door Vincent Connare om in de assistentie-software ‘Microsoft Bob’ tekstballonnetjes van een hondje te vullen.
Tegenwoordig kiest men Comic Sans wel eens omdat het een informeel karakter zou hebben, maar een meerderheid heeft de neiging om elke boodschap in Comic Sans niet serieus te nemen en te negeren.
Wilt u dat uw boodschap de aandacht krijgt die het verdient, dan is er wel iets meer nodig dan alleen het juiste lettertype kiezen.


TYPOBLOG [17]  aanhalingstekens en eenheidstekens
Voor aanhalingstekens gebruiken we tegenwoordig het ‘Oxfordsysteem’, ook wel ‘Engelse methode’ of ‘zesje-negentje bovenin’.
Hiervoor gebruiken we niet de eenheidstekens, deze omgekeerde druppels zijn er om eenheden aan te geven; de enkelvoudige voor o.a. voet en minuut, de dubbele voor inch en seconde. Het minuutteken zagen we recentelijk nog bij het damesvoetbal wanneer de blessuretijd werd aangegeven.

Persoonlijk geef ik bij citaten de voorkeur aan enkele aanhalingstekens als eerste optie, want waarom twee gebruiken als één volstaat? De dubbele aanhalingstekens kan ik dan reserveren voor momenten waarop het anders onduidelijk wordt, bijvoorbeeld als bínnen een uitspraak een buitenlandse term wordt gebruikt. In die gevallen zou er trouwens ook voor cursief (italic) gekozen kunnen worden.
Anderen geven er de voorkeur aan om het precies andersom te doen: dubbele aanhalingstekens voor uitspraken, enkele voor de rest.

Bovenstaande doen we waarschijnlijk niet in snelle e-mails en sms’jes, maar wel in drukwerk en digitale bestanden die er verzorgd uit moeten zien.


TYPOBLOG [18]
Nog één bericht over de apostrof, met het risico dat ik me op het gebied van de taal begeeft i.p.v. dat van de vormgeving. Typografie en taal zijn tenslotte nauw aan elkaar verwant, dat is geen verrassing. Correct leestekengebruik is de verantwoordelijkheid van de schrijver of redacteur, maar het is noodzakelijk dat een vormgever de regels ook kent.

Neem bijvoorbeeld het gebruik van de apostrof in de bezitsvorm. Dit is voor veel mensen verwarrend omdat de regels in het allom aanwezige Engels anders zijn dan in het Nederlands.
Boeken, tijdschriften en reclamespots van grote bedrijven zijn het bewijs daarvoor.

In het Nederlands staat de apostrof voor iets dat ontbreekt. De bezitsvorm krijgt dus geen apostrof.
Uitzonderingen:
◆ een apostrof voor een lange klinker die als één letter geschreven wordt.
◆ een apostrof na een s-klank aan het eind, waar een bezitsvorm-s achterwege wordt gelaten.



TYPOBLOG [19]  diagonalen in logo’s
In het Westen lezen en schrijven we van links naar rechts (omdat we vroeger met inkt schreven). Daarom voelt die richting prettiger aan dan van rechts naar link. Bij het lezen, maar ook bij het doorbladeren van een boek en bij de plaatjes van een stripverhaal (met of zonder tekst).
Zelfs in het klassieke toneel kwam de held op van links (‘jardin’), lopend naar rechts en kwam de schurk van de andere kant (‘cour’).

Bij het ontwerpen van een logo wordt rekening gehouden met deze voorkeur.
Bijvoorbeeld een diagonaal wordt gezien als ‘stijgend’ en ‘positief’ wanneer hij linksonder begint en rechtsboven eindigt. En de Swoosh van NIKE ‘lezen’ we ook van links naar rechts.
Bewegende dieren (zoogdieren, vissen, vogels) in logo’s doen dat bij voorkeur ook van links naar recht.
Zijn daar uitzonderingen op? Natuurlijk! Het is ook geen wet, het is alleen iets om rekening mee te houden. Welke versie van het PUMA-logo vindt u bijvoorbeeld mooier?


TYPOBLOG [20]  lichtval in logo’s
Voor de vakantie schreef ik kort iets over ‘richting’ in logo’s. OVer het algemeen voelt van-links-naar-rechts natuurlijker aan dan andersom.
Iets vergelijkbaars geldt voor waar het licht vandaan komt.

Monniken die vroeger boeken met de hand kopieerden hadden een raam aan de linkerzijde. En ook bij klassieke schilders komt het licht meestal van links. Vermeer is daar een duidelijk voorbeeld van.
In moderne afbeeldingen (zoals portretfotografie) geldt nog steeds dat licht overwegend van links een makkelijker te begrijpen plaatje oplevert dan overwegend van rechts.

In geografische kaarten zien we ook dat het licht van links(boven) komt, uit het noord-westen dus. De schaduwkant van bergen zit op de kaart dan rechtsonder, ongeacht of dit in de werkelijkheid een positie van de zon kan zijn.
En zo komen we terug bij het logo-ontwerp waar soms rekening gehouden moet worden met de lichtval, zoals bij gezichten en bergen.


TYPOBLOG [21]  inspringen van tekst
In de tijd dat ik de opleiding deed, was het inspringen van tekst in reclame-uitingen populair. Vaak was er geen enkele reden voor, het was een maniertje.
Typografisch gezien moet er voor zo’n ingreep een reden zijn. Die reden is, dat als de voorgaande regel helemaal vol staat, het voor de lezer onduidelijk is of er een nieuwe alinea begint of niet. Immers het einde van een alinea is doorgaans een niet-volle regel.
Bij linkslijnende tekst is het nog een bijkomend voordeel dat door het inspringen de tekst visueel minder assymetrisch wordt, minder uit evenwicht.

Inspringen geldt voor de gehele tekst, maar in die tekst zijn er momenten waarop we inspringen nalaten. Namelijk wanneer het begin van een nieuwe alinea sowieso duidelijk is:
- bij de allereerste alinea
- na een witregel of (tussen)kop
- na een inspringing om andere redenen
- na een opsomming
Ook wordt er niet ingesprongen bovenin een pagina. Omdat de overgang van de onderkant van de ene naar de bovenkant van de andere pagina al voldoende ‘pauze’ is om een nieuwe alinea te suggereren.

En op deze uitzonderingen zijn er weer uitzonderingen mogelijk. Uiteindelijk neemt de vormgever op detailniveau beslissingen.


TYPOBLOG [22]  Hangul
Elk jaar op 9 oktober viert Zuid-Korea een feestdag ter ere van haar schrift, ‘Hangul’. Noord-Korea viert het ook, maar op een andere dag.
Het schrijfsysteem werd in de 15e eeuw ontwikkeld onder leiding van koning Sejong de Grote. Tot die tijd gebruikte Korea een schrift dat grotendeels overeenkwam met dat van China. Pas achterin de 19e eeuw werd Hangul het officiële schrift (overheid, rechtbank, onderwijs, etc.).
In theorie komen de vormen van de karakters (die per lettergreep worden samengevoegd in vierkanten) overeen met de bijbehorende stand van de tong in de mond.
Er wordt beweerd dat het Hangul een van de makkelijkst te leren schriften (niet te verwarren met de Koreaanse taal) is.


TYPOBLOG [23]  user-friendlyness
De eerste 10 jaar dat Twitter bestond, pasten er maximaal 20 karakters in het veld waar gebruikers hun naam konden invullen.
Pas op 9 november 2017 werd dat uitgebreid naar 50 karakters (niet te verwarren met de lengte van de tweets, die ging twee dagen eerder van 140 naar 280 tekens).
Langzaam was het besef doorgedrongen dat Twitter ook gebruikt werd in delen van de wereld waar men langere namen gewend was.
Het team van Twitter kende aanvankelijk alleen maar Amerikaanse ontwikkelaars en al hun namen (Jack Dorsey, Noah Glass, Biz Stone en Evan Williams) pasten makkelijk in een veld met 20 karakters.
Vormgeving is meer dan ‘zorgen dat het er leuk uitziet’. Het luistert naar de doelgroep en bevraagt de opdrachtgever.


TYPOBLOG [24]  1,5 meter (30-03-2020)
Beste ondernemers, maakt u zelf een bord om uw klanten / bezoekers te herinneren aan de anderhalve meter afstand? En gebruikt u daarop een afbeelding? Geef dan ook daar de 1,5 meter correct weer, zodat de afbeelding overeenkomt met de informatie.
Ik zag toevallig bij EenVandaag een voorbeeld van hoe het niet moet.


TYPOBLOG [25] gesprek op afstand
Als maatschappelijk betrokken grafisch vormgever vraag ik me regelmatig af hoe ik iets kan bijdragen aan het verlichten van wat we merken van de coronacrisis.
Zaterdag, bij een bezoek aan de markt, viel mij op dat de meeste mensen wel anderhalve meter afstand houden, maar als ze staan te praten, doen zij dit vaak dwars op de stoep.
Natuurlijk maak je een praatje als je een bekende tegenkomt, juist nu.
Ik kan u aanraden om in die gevallen in de lengte van de stoep te gaan staan, zodat er ruimte vrij blijft om te passeren.
Het is een detail, maar: ‘kleine moeite, groot plezier’.

corona covid-19 stoep trottoir gesprek afstand


TYPOBLOG [26] anderhalve meter
Bijzondere omstandigheden, bijzondere typografie. Afgelopen weekend was dit de voorkant van de Engelstalige krant in India ‘The Hindu’.
Creatie: Mahesh Gharat en Kiran Anthony, Ogilvy South India. Lettertype is de Playfair Display van Claus Eggers Sørensen.


TYPOBLOG [27] ligaturen en aanspatiëren
Typografie is voor een vormgever als een enorme gereedschapskist met grote en kleine materialen. Juist gebruik van het gereedschap is belangrijk, zoals we bijvoorbeeld een beitel niet als schroevendraaier zouden moeten gebruiken.
Twee van de typografische mogelijkheden zijn ligaturen en aanspatiëren.
► Ligaturen zijn ‘versmolten’ letters, zoals de ‘fl’, de ‘fi’ en de ‘ffi’, die voorkómen dat er lelijke gaten in de tekst vallen door overhellende karakters. Het is een hulpmiddel dat aangereikt wordt door de letterontwerper en het ene lettertype heeft meer ligaturen dan de ander.
► Aanspatiëren is het meer ruimte aanbrengen tussen letters van een woord, zin of langere tekst. Het is een beslissing van de vormgever om esthetische of andere redenen.
► Als we deze twee mogelijkheden samen gebruiken, gaat het mis, vooral als de tekst over koffie gaat.